Veel mensen denken dat een tolk een vertaler is en een vertaler dus ook een tolk. Dat is niet helemaal correct. Tolken is weliswaar een vorm van vertalen, maar tolken is alleen mondeling vertalen van gesproken tekst. Vertalen is het omzetten van geschreven tekst. Tolken is ook echt een ander vak dan vertalen en aan een tolk worden dan ook andere eisen gesteld dan aan vertalers.
Omdat een tolk altijd direct het gesproken woord vertaalt, moet een tolk heel snel denken en reageren. Het is een heel intensieve, belastende bezigheid, zeker als het gaat om simultaantolken. Bij simultaantolken volgt de tolk de spreker op de voet met zijn/haar vertaling, vaak vanuit een tolkencabine. De spreker zit in een zaal en de tolk zit in een afgesloten cabine. De tolk hoort de spreker via een geluidssysteem en wie de vertaling wil horen, luistert via een koptelefoon naar de tolk.
Mensen kennen simultaantolken meestal van grote internationale conferenties met sprekers en deelnemers die verschillende talen spreken. Bij internationale organisaties zoals de Europese Unie (klik hier voor een video over tolken bij de EU) of de Verenigde Naties, zitten vaak tientallen tolken in tolkencabines. Per taal werken verschillende tolken, die elkaar regelmatig aflossen omdat het werk zo intensief is.
Naast simultaan- of conferentietolken zijn er gesprekstolken. Dit zijn tolken die zoals het woord al zegt gesprekken tussen een of meer verschillende gesprekspartners vertalen. Dit kan in de vorm van consecutief tolken of van fluistertolken. Bij consecutief tolken maakt de tolk notities van wat er gezegd wordt en vertaalt dit wanneer de spreker is uitgesproken. De spreker moet dan vervolgens weer even wachten tot de tolk is uitgesproken. Dit zie je bijvoorbeeld bij persconferenties. Delegatietolken zijn tolken die meelopen met een groep mensen waarvan niet iedereen dezelfde taal spreekt, bijvoorbeeld tijdens een bedrijfsbezoek.
Een andere soort gesprekstolken zijn de zogenaamde fluistertolken. Deze tolken zitten vlakbij de persoon of personen voor wie moet worden vertaald en tolken op fluistertoon (zie foto). Als gewerkt wordt met zogenaamde fluistersets krijgen de toehoorders een koptelefoon en hoeven ze dus niet vlak naast de tolk te zitten.
Fluistertolken is bij een wat grotere bijeenkomst alleen mogelijk als voor de tolk(en) een plek beschikbaar is op voldoende afstand van de spreker. Een normale voortgang van de discussie is anders onmogelijk. Deze oplossing is een stuk goedkoper dan simultaantolken, maar niet heel geschikt als er veel tweerichtingscommunicatie is.
Een bijzonder type gesprekstolken zijn gerechtstolken of registertolken. Dit zijn beëdigde tolken die mogen tolken in rechtszaken. Ze moeten dus niet alleen aan taalkundige eisen voldoen maar ook van onbesproken gedrag zijn (VOG-verklaring met verzwaarde eisen).
Tot slot is er de categorie telefoontolken. Deze vorm van tolken is in de afgelopen jaren steeds gangbaarder geworden. De reden daarvoor is dat het eenvoudiger te regelen is dan een tolk die fysiek naar een bepaalde locatie moet komen. Bovendien zijn de kosten een stuk lager.
Met name de overheid maakt sinds het begin van deze eeuw steeds vaker gebruik van telefoontolken en in sommige gevallen ook van videotolken. Telefoontolken is in landen als het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten een heel populaire dienst, die vaak per minuut wordt afgerekend. Bij ons is dat (nog) niet zo gebruikelijk.
Voor alle vormen van tolken en voor het regelen van tolkapparatuur (cabines, geluidsapparatuur, fluistersets, etc.) kun je terecht bij Interlingo. We hebben een ruim bestand ervaren tolken voor allerlei talen en werken samen met de belangrijkste leveranciers van tolkenapparatuur in Nederland.
Ben je op zoek naar een tolk of wil je weten wat wij op het vlak van tolkendiensten voor je kunnen betekenen? Neem dan contact met ons op via info@interlingo.nl of bel 040-21.22.321.
Comments